Spelgegevens
Naam spel | Québec |
Spelbedenkers | Philippe Beaudoin |
Pierre Piossant-Marquis | |
Vormgeving | Muriusz Gandzel |
Uitgever | Le Scorpion Masqué |
Uitgever | Ystari Games |
Jaar van uitgave | 2011 |
2-5 | 10+ | 90 minuten |
35 | Meerderheden halen |
De eerste indruk
De doos is erg groot en had gerust wat kleiner gemogen. Al het materiaal is mooi en van stevig karton gemaakt. De kaarten die er bij zitten, zitten standaard in drie talen in de doos, net als de spelregels is dit in het Engels, Duits en Frans. Op die enkele kaarten na is het spel volledig taalonafhankelijk. De spelregels zijn best wat bladzijden, maar dit komt mede door de uitgebreide voorbeelden, die echt wel helpen. Er zijn twee varianten die je kan spelen, famileversie en gevorderde versie. Doormiddel van kleuren tekst worden de verschillen in de spelregels duidelijk gemaakt.
De voorbereiding
Elke speler krijgt werkers, twee pionnen, sterfiches en een handkaart in zijn eigen kleur. Met handkaart bedoel ik ook letterlijk hand-kaart. Dit is een kaart met daarop een hand. Een van de pionnen dient om de score bij te houden.
De gebouwen, ronde tegels, worden random op het bord gelegd. De kleuren van de gebouwen moeten wel overeenkomen met de kleuren op het speelbord. Deze tegels worden met de gebouwenzijde naar beneden gelegd. De gebouwen van de eerste eeuw worden met blauwe blokjes gemarkeerd.
De leiderkaarten en gebeurteniskaarten komen naast het bord te liggen. Deze doen niet mij bij de familievariant.
Spelverloop
Het spel verloopt over vier eeuwen, vier rondes dus. Na elke ronde is er een telling en op het einde van het spel volgt nog een eindtelling. Bij de tussentellingen gaat het om invloed in de machtsvelden. Bij de eindtelling gaat het om de afgewerkte gebouwen. De speler met de meeste punten is de winnaar.
De startspeler begint en iedereen is om de beurt aan zet. In je beurt heb je de keuze uit één van de volgende vier acties. Je moet er een van kiezen. Bij de familievariant valt de vierde optie weg. Hieronder even een korte beschrijving van de acties. Er wordt ook een gebeurteniskaart opengedraaid. Dit zorgt ervoor dat je extra punten krijgt, of een bepaalde actie niet mag doen.
Architect verplaatsen
Je verzet je architect naar een nog te bouwen gebouw van deze eeuw. Na deze actie mag je drie van je werkers van de algemene voorraad op je handkaart leggen. Hierdoor krijg je actieve werkers in het spel. Als je je architect van een gebouw weghaalt, om deze te verzetten naar een nieuw gebouw, worden alle aanwezige werkers op het bijbehorende machtsveld gezet. De tegel word dan omgedraaid en er komt een van je sterfiches op te liggen. Afhankelijk van het aantal bouwplaatsen die gevuld zijn, is dit een één ster, twee ster of drie ster fiche.
Meebouwen aan een gebouw
Afhankelijk van waar een gebouw ligt moet je één, twee of drie werkers inzetten om mee te bouwen aan een gebouw. Deze werkers moeten van je handkaart komen. Als je niet bij jezelf bouwt, mag je de extra actie die staat afgebeeld ook nog uitvoeren. Dit zijn acties zoals een werker uit je algemene voorraad op een machtsveld zetten, de architectfase nog eens uitvoeren.
Invloed in een machtsveld uitoefenen
Leg een van je blokjes van je handkaart op een machtsveld. Dit kan soms handig zijn om alsnog op het laatste moment de meerderheid bij de machtsvelden te halen.
Leiderkaart nemen
Dit is niet van toepassing bij de familievariant. Er zijn vijf verschillende leiderkaarten. Je kan een van deze leiderkaarten gedurende de lopende eeuw bij je leggen en de bijbehorende actie uitvoeren. Om een kaart te nemen moet je ook werkers van je handkaart naar de voorraad leggen. Bij deze leiderkaarten zitten de volgende acties:
- Leg eenmalig drie werkers op de citadel. Dit is een van de machtsvelden.
- Ook als je bij je eigen architect bouwt, mag je de extra actie uitvoeren.
- Je krijgt een tweede architect er bij
- Je krijgt extra punten als je een gebouw afwerkt
- Als een gebouw wordt afgewerkt, mag je kiezen op welk machtsveld je je eigen werkers zet.
Een eeuw is afgewerkt als er geen gebouwen meer beschikbaar zijn van die eeuw of als een speler al zijn werkers heeft ingezet. Hierna volgt een telling. Deze is ook verschillend per versie. Bij de familieversie tel je al de werkers die je in de machtsgebieden hebt staan. Dit is telkens een punt. Per machtsgebied kijk je wie de meerderheid heeft, deze speler krijgt dan nog bonuspunten. Bij de gevorderde versie begin je bij de citadel. Elke werker is een punt. De speler met de meeste werkers mag de helft hiervan, met een maximum van vijf, meenemen naar het volgende machtsveld. Zo worden alle vijf de machtsvelden afgewerkt. Bij het laatste machtsveld, mag de speler met de meeste werkers, de helft op zijn handkaart leggen.
Na deze telling gaan de leiderkaarten weer terug naast het bord, alle gebouwen van de vorige eeuw waar nog geen architect op staat worden omgedraaid en de gebouwen van de nieuwe eeuw worden gemarkeerd. Er komt ook een nieuwe gebeurteniskaart omgedraaid.
Na de laatste eeuw volgt een eindtelling. Elke werker op een niet afgewerkt gebouw is een punt, elke twee werkers op je handkaart is ook een punt. Bij de familieversie tel je de punten van al je afgewerkte gebouwen, dit zijn de sterfiches. Dit is een, drie of zes punten per gebouw. Bij de gevorderde versie kijk je wat je grootste aaneengesloten wijk is met sterfiches en tel je de punten daar van op. Alle ander sterfiches leveren, ongeacht de waarde, een punt op.
Tips en opmerkingen
Normaal zou ik zeggen: “Wed niet op twee paarden.” Maar bij Québec is het net even iets anders. Je moet zowel tijdens het spel punten scoren door gebruik te maken van het meenemen van werkers als je de meerderheid hebt. Ook moet je zorgen dat je de nodige gebouwen hebt gebouwd om zo bij de eindtelling ook nog heel wat punten binnen te halen.
De leiderkaarten kunnen ook heel machtig zijn, dus zorg dat je deze op tijd hebt en ze ten volle benut. Elke ronde komen ze weer in het spel. Let wel op, je mag er altijd maar een hebben liggen, dus maak de goede keuze.
Oordeel recensent
Erg verrassend spel. De spelregels waren niet altijd even duidelijk, doordat er best wat regels zijn, maar eenmaal dat je aan het spelen bent, wordt alles een stuk duidelijker. De gebruikte afbeeldingen in het spel zelf zijn wel erg duidelijk. Op de gebeurteniskaarten na is het volledige spel taalonafhankelijk. Het is ook goed dat er zowel een familievariant als een gevorderde variant is. Zo kunnen de minder doorwinterde spelers ook aan dit spel beginnen. De doos had op zich wel een maatje kleiner gemogen, dan had alles er ook nog mooi ingepast.
Foto’s: © boardgamegeek.com