Spelgegevens
| Naam spel | Dixit |
| Spelbedenker | J.-L. Roubira |
| Vormgeving | M.Cardouat |
| Uitgever | Libellud |
 4-6 |
 8+ |
 30 minuten |
 As d’Or-Jeu de l’Année 2009 (FR) |
||
| Spiel des Jahres 2010 (D) |
||
| Nominatie Nederlandse Spellenprijs 2010 |
||
Doel van het spel
De speler moeten bij de tekeningen op zijn kaarten een uitdrukking geven, maar deze mag niet te duidelijk zijn.
Spelverloop
Elke speler krijgt zes kaarten in zijn hand met daarop een tekening. Om de beurt kiest een speler een bepaalde emotie, of iets wat hij kan maken uit één van zijn kaarten. Elke speler kiest nu een kaart uit zijn hand die bij deze omschrijving past.
Alle kaarten worden gedekt in het midden gelegd en geschud. Dan worden ze open gelegd zodat iedereen alle kaarten kan zien.
Elke speler kiest gedekt een kaart die hij denkt dat de startspeler, de speler die de kaart omschreef, in zijn hand had. Dit gebeurt doormiddel van tokens met daarop de kleur van de speler en een nummer, dit nummer komt overeen met de kaart. Links ligt kaart nummer één, enz. Die speler zelf mag niet mee doen natuurlijk.
Afhankelijk van wie welke kaart gekozen heeft volgt er een puntenverdeling. Verschillende opties zijn mogelijk:
- Alle spelers hebben het juist (te makkelijke omschrijving): de spelers krijgen 2 punten, maar de startspeler krijgt geen punten.
- Alle spelers hebben het fout (te moeilijke omschrijving): de spelers krijgen 2 punten, maar de startspeler krijgt geen punten.
- Enkele spelers hebben het goed, enkele niet: de startspeler en alle spelers die het goed hadden krijgen 3 punten. Alle spelers krijgen ook nog 1 punt voor elke stem op hun kaart.
De speler links van de startspeler is de nieuwe startspeler en iedereen vult zijn handkaarten aan tot zes kaarten.
Einde van het spel
Het spel is afgelopen als alle kaarten van de trekstapel op zijn. Je kunt het spel op elk gewenst moment beëindigen, zolang iedereen maar evenveel startspeler is geweest!
Oordeel recencent
Het is op het eerste zicht een simpel spelletje, maar gaandeweg merk je dat het moeilijker wordt om een goede omschrijving te geven of om een goede kaart bij een gegeven beschrijving te leggen. Vooral voor kinderen is het heel goed om dingen / zaken te leren uitdrukken en omschrijven. Je hebt er soms ook een dosis fantasie voor nodig.
Ik denk dat dit spel ook zeer geschikt is om in een klas te spelen, vooral in het vierde tot het zesde studiejaar [B], groep zes tot acht [NL].
Inmiddels is de uitbreiding, een nieuwe set kaarten, ook al op de markt.
